Het nu volgende interview is Copywritten 1995 by Poes & Merel, door hen geschreven voor de onafhankelijke boekjesserie InFerNo. Dit is de unedited original van de tekst, een verkorte versie hiervan is ooit gepubliceerd in Inferno nr. 3. Veel hiervan zou ik, Julius, nu anders beantwoord hebben, maar het is zo mooi geschreven, dat ik het u niet wilde onthouden...

TO THE BOTTOM

DADER 1:

Vanwege de enorme vraag naar wie wij nu eigenlijk zijn dat wij denken dit magazine zomaar op de markt te kunnen brengen, in deze aflevering de eerste van een reeks daderprofielen. Ons eerste slachtoffer was dactielid en inferno-godfather Julius Thyssen. Wie of wat is hij waarom ongeveer, en hoe ziet zijn al dan niet aanwezige privéleven er uit?

Julius Benedictus Thyssen, in de verte voorzien van spaans zigeunerbloed, tegelijk jarig met Eddie Murphy, Alec Baldwin, Doris Day, Marlon Brando en Jenny Garth, weigert zijn geboortedatum prijs te geven, maar verzekert ons voorgoed 24 jaar jong te blijven. Volgens hem is dit doordat hij de drugs uit Sex & Drugs & Rock 'n Roll verbannen heeft. En ongeacht zijn voorliefde voor alles wat met David Lynch te maken heeft, vindt hij dat zelfs koffie onder die drugs valt. Julius moet daarnaast ook niets hebben van de combinatie sex en rubber, en is ervan overtuigd dat hij met Sherilyn Fenn had moeten trouwen toen hij bij haar in de klas zat. Zijn opmerking "Heb je Three Of Hearts niet gezien?!" schijnt ons hier duidelijkheid over te moeten verschaffen. Mysterie vindt hij lekker en angst voor het onbekende moeten we volgens hem "ook eens uitproberen".

Reeds vanaf zijn tiende wil Julius stiekem zó beroemd zijn dat mensen niet meer om hem heen kunnen. Hij bekent ons zelfs niet vies te zijn van exploitatie van zijn uiterlijk. In zijn voortdurende strijd met slijtage en vergankelijkheid ontdekte hij echter de wonderen van muziek en radio. "Dat niemand hoort hoe mooi je bent, die rust, dàt is de trip." Hij bekwaamde zich als een vis in het water van het technische traject pick-up-naald tot en met zendantenne. En Sjuul was altijd zijn eigen technici, want, zegt hij, "hoe meer je zelf doet, hoe zuiverder het eindproduct". Maar..Video killed the radio star, en dat deprimeert hem; "mensen raken hun voorstellingsvermogen kwijt, dat merk je overal aan, maar gelukkig zijn er nog Dolfijnen, die zullen zoiets nooit flikken."
Tot aan de dag van vandaag houdt hij er obscure connecties met de radiowereld op na. 4 keer is hij nauw betrokken geweest bij zogenaamde 'invallen' van politie en Radio-Controle-Dienst bij een aantal grote vrije radiozenders en ook bij hem thuis. Hij noemt de nederlandse wet 'naatje', voor wat radio aangaat;
"Als je mensen een dienst wilt bewijzen, als je dus radio-nar wilt zijn, dan moet je hier betalen. Ga je mensen amuseren, dan kost dat je geld, zoiets is toch nonsens? Je zou geld moeten ontvangen! Radio 100, Patapoe en nog wat van die gedoogde piraten zijn levende bewijzen dat die hele handel een kissing-ass-business is. Als jij een storingsvrij FM-zendertje van 3 Watt bouwt en daar zo nu en dan wat lol mee hebt, dan vinden ze je staatsgevaarlijker dan wanneer je met een hele club een slechte zender van 300 Watt bouwt en die dag-in dag-uit gebruikt." Want, zo toonde Julius ons op zijn tuner, Radio 100 zit wèl altijd in de lucht, ook al zijn ze hardstikke illegaal, betalen ze geen cent aan Buma-Stemra en luisteren er alleen nog maar dolfijnen. "Ja de politie is chicken, bang voor 'bewegingen' enzo. De R.C.D. lijkt je strafbaarder te vinden als je met 10 km door rood rijdt dan wanneer je met 100 km door rood rijdt, bij wijze van spreken."
Zo nu en dan heeft Julius nog kleine klusjes, ook voor niet illegale radiostations. Meestal moet hij dan zijn longen vullen met harskern en soldeertin, maar het gaat ook vaak om muziek die hij levert. Hij wil zich zelden ergens beperken tot maar 1 taak, en dat zou volgens hem nadelig kunnen zijn; "daardoor mis ik misschien wat focus".

Eeeven tussendoor..

On a boat to England early seventies
Here you see Julius and his dad, on a boat to England.
We thought this photograph was just unbelievably beautiful
and could not be left unpublished!


Hoewel Julius kan kicken op muziek van Mazzy Star, One Dove en (een jonge) Linda Ronstadt, gaat zijn voorkeur uit naar muziek waarin dingen te horen zijn die mensen onmogelijk met de hand kunnen klaarspelen. "In Italië zijn wat jongens die dat begrijpen.." In tijden dat schijven vinyl nog bijzonder (kostbaar) waren, begon Julius in samenwerking met zijn neef de discomixwereld onveilig te maken. Enkele van hun (re)mixen uit 1985 en 1987 behoren nu nog altijd tot de absolute top.
"lk ontdekte de mogelijkheden van mixen toen ik in de seventies wat aan het pielen was met de single Money Money Money en de lp ABBA Arrival doorelkaar. Nu zijn dat de dingen die een Deejay móet kunnen. Als ik ze nu bijv. met "Don't You Want Me" van the Human League bezig zie heb ik wel iets van: Hé, wat moet jij daarmee, die is van mij, afblijven jij!" Zijn neef Hens en Julius zelf waren, ruim vóórdat er samplers bestonden al met hieraan voor het gehoor identieke effecten bezig. Die maakten zij door tape en cassetterecorders te verbouwen;
"Je moet niet bang zijn om zo'n apparaat open te slopen en eens te kijken of je zijn kunnen kunt uitbreiden. Zo is het nu ook met computers, als je er ècht interessante dingen mee wilt doen, moet je er afstand van kunnen nemen, kijken waar de limits zitten en dan de boel manipuleren," vertelt Julius trots, "maar nooit TE afhankelijk worden van het 220 Volts-net, want dan ben je gauw genoeg de lul." Alles wat Julius ons vertelt, lijkt hij een smorende relativering mee te geven. Waarom doet hij dat? "Tja.. eeh.. voorbeeldje: We stuurden ooit een coole remix vol met knippen naar DMC-international (DiscoMixClub), waar wij toen een hele tijd niets op hoorden, tot wij ineens een automobilist aanhielden uit wiens auto doodleuk onze remix tetterde. Navraag leerde ons dat hij onder iemand anders' naam op vinyl bij DMC was uitgebracht! Ik heb prompt een koplamp kapotgetrapt, want dat voelt verdomd lullig, als mensen je ideeën jatten. De automobilist (dat was trouwens MM, die ook voor Inferno schrijft) was gelukkig een groot bewonderaar van ons parasitair muziekwerk en didn't press charges, voor de koplamp."

Dat relativeren, komt dat dus door teleurstellingen, of WAT is het?
"Interessante vraag... eehmmm... Schoolcijfers, rijexamens, op nummer 1 komen. Ergens liep het fout. En nou wordt prestatie niet meer afgemeten aan hoe goed je bent. Het gaat niet meer om de werkelijke waarde van wat je doet, maar om voor wie je het doet en hoeveel van je creatieve integriteit je bereid bent op te geven. Het moet allemaal swingend, god wat HAAT ik dat woord trouwens, het moet vooral swingend en unaniem genoeg, alleen dán vinden ze je een goed genoeg chauffeur, of DeeJay. Onwetendheid lijkt soms het hoogste goed geworden. Dat maakt het voor domkoppen makkelijk, om op 1 te komen, om hun rijbewijs te halen, enz. Dat klinkt wel uit de hoogte, als ik dat zeg, "domkoppen", maar denk er maar eens over na. Komt de industrie èrg goed uit dat zoveel mensen toch vrij stom zijn. En omdat er veel meer 'onwetenden' zijn dan mensen zoals ik, blijkt het practisch zinloos om te zeggen dat je iets heel goed kunt, ook al weet je dat dat zo is. Je kunt ze alleen nog raken met dat relativeren, daarmee sla je de grondvesten onder hun wereldbeeld vandaan. Was ik net zo dom, dan had ik niks te relativeren. Of zo."
Hieruitvolgend sloop de tekstverwerker Julius' leven in. Mede in verband met zijn obsessies voor bepaalde jongedames ontdekte hij de kracht van 'de brief'. Hij specialiseerde zich al spoedig in psychologische beïnvloeding via het papier (wat in zijn bijdragen aan dit magazine valt af te lezen). Wát hij ook schrijft, hij doet het altijd iets té onbevangen. En niet zonder risico's; Zijn vlugge pen viel niet in goede aarde bij diverse ministeries (vooral defensie en sociale zaken), en al evenmin bij diverse politiebureaus en bibliotheken, noch bij de leiding van verpleeghuis Amstelhof, waar hij zijn vervangende dienst heeft vervuld en tot mei 1995 nog in de weekends werkte. Hij vervoerde er schone en vuile was, vuilnis en etenskarren, en heeft ook verhalen over de zolder, leerlingverpleegsters en het gooien met kroketten in de spoelkeuken; "Het was een erg warm gebouw…" zegt hij met een geheimzinnige grijns over zijn gezicht.

Zijn huidige bezigheden omvatten het produceren van een eigen CD, het ontwikkelen van nieuwe lettertypen en computer-software, èn klusjes voor een reclameborden- en design-studio. Als we uitgaan is de kans steeds groter dat we ergens een tekst lezen in een lettertype van onze Julius! Zijn macht breidt zich uit; Het is te hopen dat hij zijn temperamentvolle toewijding in goede banen weet te houden, want wij moeten er niet aan denken wat er gebeurt als zijn anti-rook-fanatisme verschuift naar een ander onderwerp. Maar volgens hem hoeven wij daar niet voor te vrezen:
"Ik gevaarlijk fanatiek? Als vuurpaard? No way man, bovendien was mijn opa mede-oprichter van de PSP, en ik moet er niet aan denken om van Sinterklaas geen cadeautjes meer te krijgen!"

Toch moet zijn familie het zwaar hebben, sinds WACHT MAAR tot mijn boek uitkomt! op de markt kwam. Wij meldden hem dat veel mensen het boek eigenlijk meer irritant dwars dan leuk opstandig vinden, wat vindt hij zelf?
"Zo is het leven toch? Irritant dwars en gevaarlijk misleidend. Het is dat ik knoei met een enorme sociale machine die niet langer weet waar 'ie naartoe moet en die bang is om ergens in de komende 20 jaar te crashen. Ik heb het boekje niet gemaakt om fijn van kritiek te gaan genieten, meer om lezers een kijkje achter mijn maskers te gunnen." Het idee voor de titel van het boek stamt uit een oude belofte: Eén-of-ander wicht was ooit zo stom om Julius in de steek te laten, waarbij Julius haar toen "Wacht maar tot mijn boek uitkomt!" toegeschreeuwd schijnt te hebben. Ons valt op dat hij zijn vaak best vervelende opmerkingen bewust vaag houdt zodat wij wel móeten nadenken. Op de vraag of hij ècht naar een hoer is geweest (dat lijkt het boek te zeggen) antwoordt hij dan ook summier: "Define hoer." De lezer moet, vindt hij, zelf maar uitzoeken of de echte Julius in zijn boek naar voren komt, want dat weet hij niet meer. "Ik kan voor de vrouwelijke lezers wel een tipje van de sluier oplichten en Henry Rollins aanhalen door te zeggen: I'm not 'all men'."

Waar Kurt Cobain zijn hoop verloor, kwam Julius Thyssen tot leven: "Ik kan het eigenlijk niet uitstaan als er straks nog IETS over is als IK niet meer besta, dat vind ik gewoon niet kunnen zo oneerlijk. Dus op naar onze ondergang, en snel een beetje, want ik wil hem dus nog wel graag even meemaken, begrijp je wat ik bedoel? YOU GOT THAT!?" Harde woorden voor iemand die bekent tranen in zijn ogen te krijgen aan 't eind van films als Spring Awakening en Forever Young.
Tot slot, Julius, de naam "Inferno" doet vermoeden dat de nadruk ligt op doemdenken, klopt dat?
"Nou… laat ik het zo zeggen: Altijd als ik Kung Fu Fighting van Carl Douglas hoor – dat stond op nummer 1 in 1974 – bekruipt me een onbeschrijflijk wee en leeg gevoel, waarin ik me afvraag waar het mis is gegaan, met die wereld en mij. Heb jij dat niet? Hoedanook, wát er ook gaat gebeuren, qua mens op aarde, ik wil er wèl bij zijn!", en na een korte blik in de verte: "Toch totaal sick, dat ik dit allemaal kan zeggen en dan niet in een kerker beland?" Waar het naartoe moet met hem en Inferno? Time will tell, maar dat hij ervan zal genieten is duidelijk…


©1995 P&M voor I.F.N. post-editing by SB
(zowel S.B. als Poes en Merel schrijven inmiddels
hoogbetaald voor gerenommeerde bladen...)




Jazeker, InFerNo bestaat nog, het is nogsteeds niet opgeheven, maar de belangstelling en inzendingen zijn zo minimaal geworden (internet en usenet zijn leuker) dat een volgende aflevering nog wel eventjes op zich zal laten wachten.

Naar de root van deze site | bekijk ook Julius' favoriete uitspraken en spreuken
Hens & Julius in de bocht | Persoonlijke gegevens JBT | JBT ziekt in usenet
familie en vrienden moeten dit gelezen hebben

klik voor mailen van reactie

HOMEBASE

<BGSOUND SRC="http://jthz.nl/mp3/kungfu.mid" LOOP="INFINITE">